bord Houtwerkplaats
Onmisbare schakel in het materieelonderhoud
Wanden, vloeren, daken, deuren, banken: hout vormde vroeger het belangrijkste onderdeel van rijtuigen en goederen- wagons. En daarmee was houtbewerking een belangrijk ambacht in de houtwerkplaatsen bij het spoor. Bij onderhoud aan het rollend materieel werden alle onderdelen met de hand nagemaakt. Hout dat vervangen moest worden werd op maat gezaagd, geschaafd en gefreesd. Er bestonden geen voorraden met planken die al op lengte waren gemaakt.
In die dagen werden technieken gebruikt die anno nu in het onbruik zijn geraakt. Zo bezit Museum Buurtspoorweg diverse oude voertuigen waarin gebogen houten latten zijn gebruikt. Die kromming werd bereikt door het stuk hout met water nat te houden en het vervolgens onder druk te zetten. Zo kreeg het hout de gewenste vorm. Bijzondere staaltjes van houtbewerking zijn te zien in de interieurs van luxe rijtuigen: fraai ingelegde panelen van dure houtsoorten als mahonie, meranti en Javaans djatihout zijn echte kunstwerkjes op zich.
Houtbewerking was geen ongevaarlijk werk en in vroegere dagen werd niet zo stilgestaan bij de arbeidsomstandigheden. Houtstof dat vrijkwam bij het zagen, frezen en boren, veroorzaakte veel ongezonde situaties en lichamelijke problemen. Mondkapjes bestonden nog niet. Snijgereedschappen zoals beitels, frezen en zaagbladen hadden scherpe roterende delen waar de timmerman met zijn handen dicht bij kwam. Nare ongelukken kwamen regelmatig voor. Maar het spoor, dat kon niet zonder hout. Dus werden timmerwerkplaatsen nog lang in stand gehouden.